Voor de “lesvrije periode” kwam ik terecht in een Linked-in discussie die al snel dreigde te verworden tot een welles-nietes discussie over klassikaal versus meer geïndividualiseerd, leerling gestuurd onderwijs, digitaal. In het kader van “Hergebruik” – ik blijf ten diepste de zoon van een oud-ijzerboer – geef ik hieronder mijn commentaar, wat zoals zal blijken geïnspireerd is op de SAMR stadia.
In een artikel waarvan ik eerlijk gezegd vergeten ben vast te leggen wie het ook al weer schreef – je wordt lui in zo’n lesvrije periode – werd als een van de slechtste manieren om docenten ‘aan ICT’ te krijgen, gesteld dat je hen probeerde te overtuigen van de betere effectiviteit van de technologie. Het is beter, stelde de auteur, hun ervaringen, expertise en de ondwerwijskundige successen daarvan vooral serieus te nemen en gezamenlijk uit te zoeken hoe die expertise effectiever kon worden ingezet middels techniek. Dat is me uit het hart gegrepen. Niet 50 minuten college, maar ook niet 50 minuten vogelen met iPads…
Ik hoor mijn moeder weer: Jij hebt gelijk, maar jij ook… Volgens mij gaat het in deze discussie niet over óf, óf. Natuurlijk zijn er ook in een klas vol tablets of laptops klassikaal gestuurde momenten. De docent maakt het verschil, lees je overal. Dat geldt voor jouw lerares, Joris ,maar eveneens voor de vele docenten die ik mét tablets of MacBooks ( of andere laptops, hoor) zie lesgeven. Dat die klassikale momenten afgewisseld worden met individueel werk – op niveau, op tempoverschil etc, daar wijzen jouw antwoordboekjes ook op. Dat is dus niet nieuw. Wel nieuw is de mogelijkheid om webtools in te zetten om lerenden in en buiten de klas te laten overleggen samen content te laten produceren.
In het SAMR – model wordt dit mooi getoond.
Waar in het niveau S(ubstitution) eigenlijk niets anders is dan het al was – zeg pdfjes in plaats van antwoordboekjes, komt bij het niveau A(ugmentation) de automatiseringskant van webtools om de hoek kijken: een snelle check via een google-form om te zien of jij het echt begrepen hebt is zoiets, of een formatieve toets in Socrative. Waar ik voorheen weken in het ongewisse was of nu eigenlijk echt mijn hele klas had begrepen hoe het bezittelijk voornaamwoord écht anders in denkwijze over taal werkt dan in het Nederlands, ben ik nu in pakweg twee lessen er zeker van dat het begrepen wordt. (Daarna nog leren toepassen natuurlijk en inslijpen); In het niveau M(odification) is er een echte verandering te zien: je laat je leerlingen schrijven voor écht publiek. Dat ook kan reageren en het vaak nog doet ook. Een site als Kidblog.org geeft leerlingen die een verdiepingstaak doen de mogelijkheid om hun gedachten te delen met anderen; Het R(edefinition) niveau brengt het leren tot centrum: niet de technologie. Als leerlingen groepsgewijs een video moeten produceren waarmee ze “lagere jaars” onderwerpen van een vak uitleggen op hun niveau, is de technologie een hulpmiddel voor de samenwerking. http://goo.gl/Miyqw
Deze blog is geschreven – hopelijk net op tijd? – in het kader van een quadblog
Naschrift, na de oproep van Frans Droog om toch de bron terug te vinden uit de inleiding: hij stond natuurlijk gewoon in mijn scoop.it item over hoe je een ie-leraar wordt en heet: Beware, Ye smashing Archetypes